Stel je voor:
Je doet als ouder mee aan de talentenshow ‘Parents got talent!’
Op de draaistoelen zitten bekende kinderen als juryleden; je eigen kinderen met hun vrienden. De presentator (…) praat je nog wat moed in vlak voordat je op moet, de zenuwen gieren door je keel; want wat als er straks geen enkele stoel omdraait, dan sta je er als ouder mooi gekleurd op; geen talent voor opvoeden!
Met bibberende knieën loop je het podium op, door je hoofd flitsen er nog allerlei opvoedtips van
dr. Spock, Jo Frost,……
Je voelt de schijnwerpers op je gericht, de muziek zwelt aan, en het zweet breekt je uit, je schraapt je keel en denkt bij jezelf; ‘waarom wilde ik eigenlijk mee doen met dit programma?’
Dan wordt het stil, alle aandacht is op jou gericht en je bent op slag je tekst kwijt! Wanhopig kijk je om je heen, je zoekt oogcontact met iemand die je kent, maar je bent verblind door de schijnwerpers. Het publiek zit vol verwachting te kijken naar wat komen gaat, je hoort hier en daar een zacht gegrinnik, de moed zakt je in de schoenen…
Dan zie je ineens een bekend gezicht en je krijgt een knipoog die jij interpreteert als; ‘Kom op je kunt het!’
Je slikt nog een paar keer en springt voor je gevoel in het diepe…
‘Vijftien jaar geleden werd ik door de geboorte van ons kind ineens een ouder, een hele nieuwe ervaring, want tot die tijd was ik alleen verantwoordelijk voor mijn eigen
doen en laten. Vanaf de geboorte (en eigenlijk al negen maanden daarvoor) groeide er een besef van verantwoordelijk zijn voor iemand die zonder mij niet kon leven.
Met vallen en opstaan, met blunders en toppers, met een traan en een lach, maar vooral met heel veel liefde worstel ik me door het fenomeen opvoeden heen.’
Bam!! Je schrikt ervan als de eerste jurystoel omdraait en je in het lachende gezicht van je kind kijkt; jouw avond kan niet meer stuk!
Al win je niet de hoofdprijs en komen er nog massa’s kritische opmerkingen, je doet verschrikkelijk je best én jij mag door naar de volgende ronde van ‘Parents got talent!’