Ik zit op school in de kring, de juf heeft net uitgelegd wat we gaan doen; ‘leuk, een spel!’ Mijn vriendinnetje mag in het midden staan, de rest van de groep geeft elkaar een hand. De juf knipoogt naar mij, wat zoveel betekent dat ik mag beginnen met het spel. Ik zeg: ‘Ik zoek contact met… Jan’. Mijn vriendinnetje kijkt steeds mijn kant op en dus kan ik nog niet beginnen,.... spannend!
Plotseling draait ze zich om en dat is het moment dat ik eventjes heel hard in de hand van mijn buurman knijp; ‘pfff, ze heeft het niet gezien..!’
Even later roept Jan aan de overkant van de kring; ‘contact!’ en het spel is voorbij.
Mijn vriendinnetje kijkt een beetje teleurgesteld; ze heeft niet gezien dat we contact maakten!
Dit spel (volgens mij noemden wij het ‘Telefoontje’) was erg populair bij ons in de groep; het duurde niet zo lang, was best wel spannend en het is altijd leuk om iemand een beetje te foppen.
Het thema van de week van de opvoeding van 2016 was ‘contact’, niet zo vreemd want het maken van contact is ongelooflijk belangrijk voor een kinderen én grote mensen.
Zonder contact geen communicatie en geen uitwisseling van ervaringen (in dit geval op het gebied van opgroeien en opvoeden.)
Is dat nodig dan?
In mijn praktijk zie ik vaak de worsteling van kinderen om in contact te zijn met anderen doordat ze bijvoorbeeld onzeker zijn of zich vaak boos voelen. Ook zie ik ouders die op hun beurt hun kind hiermee zien worstelen en niets liever willen dan een vrolijk, blij en gelukkig kind. Juist bij die worsteling is het in contact komen met je kind én jezelf misschien nog wel het lastigst, want welke behoefte zit er bijvoorbeeld onder het onzekere of boze gedrag? Hoe kom je daar achter? Hoe maak je ‘contact’?
Heel vaak ontdekt het kind en ontdekken de ouders dat het te maken heeft met het je gezien en gehoord voelen en dat heeft weer alles te maken met ‘contact’!
Als je in contact staat met anderen is er interactie en word je zelf bevestigd in je bestaan, je wordt gezien en gehoord (er van uitgaand dat het positief contact is).
Zo lang je in contact staat met de ander (én met je zelf!!) kun je veel dingen aan.
Is het contact minder of is het er niet, dan worden dingen moeilijk en zwaar en heb je het gevoel dat je er alleen voor staat; je voelt je niet gezien en niet gehoord.
In gesprek gaan en in contact zijn met elkaar als ouders, is vaak een ‘feest van herkenning’ (‘o, heb jij dat ook?!’). Die herkenning helpt je weer om het soms lastige gedrag van je kind weer beter te kunnen plaatsen en te ‘handelen’ en weer (meer) in contact te komen met je kind.
Daarom; zorg dat je in contact blijft, je staat er niet alleen voor!